Een warm fleece dekentje, lekker warm binnen met een tasje thee of een kopje koffie. Het kan gezellig zijn in deze tijd van het jaar, maar buiten komen in de vrieskou is vaak minder leuk. Ook voor onze katten. Katten houden van warmte, maar dat betekent niet ze niet tegen de koude kunnen. De vacht van je kat beschermt haar. Je kat zet haar vacht op en de lucht tussen de haren vormt een isolatielaagje. Maar sneeuw en regen vormen een risico. Een natte vacht isoleert immers minder goed.
Hoe koud is té koud?
Veel hangt af van hun leeftijd, ras, gewicht, vachttype, hun algemene gezondheid en hun temperatuur tolerantie (de ene kat krijgt het sneller koud dan de andere). Zo hebben oudere katten en kittens vaak minder massa en een dunnere vacht en ze zullen het dan ook sneller koud krijgen dan een stevig gebouwde kat met een dikke vacht.
Oudere katten, kittens of katten die niet gewend zijn om veel buiten te komen, hou je dan ook best binnen. Het spreekt voor zich dat je naaktkatten of katten die net een trimbeurt hebben gehad, ook best binnen houdt. Bij temperaturen onder de 7°C laat je je kat best niet buiten of slechts voor korte periodes.
Wat doe je als je kat niet naar binnen wil komen?
Als je kat niet naar binnen wil, of niet binnen wil blijven, zorg dan zeker voor een schuilplek die haar beschermt tegen wind, regen en sneeuw. Zorg dus voor beschutting waar je kat een warm(er) plekje kan vinden. Zet op een hogere plaats (dus niet op de bevroren ondergrond) een mandje of doos met dekentjes en/of isolatiemateriaal (bijv. piepschuim) of zorg ervoor dat je kat altijd op eigen initiatief naar binnen kan.
Zorg daarnaast voor extra voer. Het kost extra energie om zichzelf warmte te houden en bovendien zijn er minder prooien te vinden. Vers, onbevroren water zorgt ervoor dat ze gehydrateerd blijven. Voeg er geen zout of suiker aan toe want dat is ongezond. Anti-vriesmiddel is uiteraard giftig. Ververs het water een paar keer per dag.
Let verder op met strooizout. Het kan aan de poten en vacht van je kat blijven kleven. Het is schadelijk als ze het oplikken en kan wondjes maken. Maak daarom de poten en vacht van je kat droog bij het binnenkomen.
Hoe zie je dat het misgaat?
In de meeste gevallen komen katten deze periode prima door, maar bij extreem lage temperaturen ligt onderkoeling en bevriezing op de loer. Als hun lichaamstemperatuur zakt, daalt hun hartslag en hun ademhaling en beweging vertraagt. Ze worden slaperig en lusteloos.
Wat doe je als je kat onderkoeld is?
Gebruik geen directe warmtebronnen, leg haar dus niét tegen de verwarming. Ook een warmtekruik of -lamp kan te heet zijn. Wat doe je dan wel? Breng je kat naar een warme omgeving. Probeer je kat langzaam op te warmen door haar af te drogen als ze nat is, in een warme deken te wikkelen en een beetje lauw water te geven. Ga onmiddellijk naar de dierenarts.
